Geboren 1901
- Dood 1999
Michel Seuphor, collectie Letterenhuis, Antwerpen (Archief Michel Seuphor).
Biography

Michel Seuphor (pseudoniem van Fernand-Louis Berckelaers) is één van de sleutelfiguren uit de kunstscène van het interbellum. Deze dichter, essayist, kunsthistoricus en criticus is één van de meest gereputeerde voorvechters van de abstracte kunst. Hij stond aan de wieg van avant-gardekunstgroeperingen en -tijdschriften. Naast zijn literair oeuvre bouwt hij aan een aanzienlijke carrière als beeldend kunstenaar. Seuphor sloeg met zijn veelzijdige activiteiten een brug tussen de generaties en streefde ernaar de oorspronkelijke bedoelingen van de abstracte kunst levendig te houden.

Hij begint als flamingantische propagandist in Antwerpen, maar ontpopt zich spoedig tot een internationale auteur. Vanaf 1922 leidt hij samen met Jozef Peeters het toonaangevende avant-gardetijdschrift Het Overzicht met bijdragen van de Europese pioniers van het constructivisme. Na enkele korte verblijven in Parijs verlaat Seuphor in 1925 definitief zijn geboortestad om zich in Parijs te vestigen. De groep Cercle et Carré, die hij in 1929 samen met de schilder Joaquín Torres-García (1874 – 1949) opricht, brengt kunstenaars van verschillende disciplines samen om de abstracte kunst te verdedigen. Dit leidt tot een tijdschrift, manifesten en tentoonstellingen. Zo organiseert Seuphor in 1930 de eerste tentoonstelling exclusief gewijd aan abstracte kunst. In een korte tijdspanne bouwt hij een zeer uitgebreid netwerk uit van hoofdrolspelers van de avant-garde: van Fernand Léger (1881 – 1955) en Jean (Hans) Arp (1886 – 1966) over Jean Cocteau (1889 – 1963) en Sonia Delaunay (1885 – 1979) tot Piet Mondriaan (1872 – 1944). Met die laatste is hij zeer goed bevriend. Hij schrijft zelfs zijn eerste monografie. Na WO II volgt een hele reeks uitvoerige publicaties over de geschiedenis van de abstracte kunst die beschouwd worden als referentiewerken in de kunstliteratuur. Ze werden meermaals vertaald en herdrukt en zijn over de hele wereld verspreid. 

Tussen 1926 en 1929 maakt Seuphor een aantal geometrisch abstracte gouaches in de stijl van Mondriaan, maar vernietigt de meeste. Pas vanaf de jaren 1930 zal Seuphor meer tijd besteden aan de tekenkunst. Tijdens een verblijf in Zwitserland ontstaan zijn eerste unilineaire tekeningen. Gedurende Seuphors kluizenaarsleven in de Zuid-Franse Cevennen, tussen 1934 en 1948, daalt zijn beeldende creativiteit, omdat ze overschaduwd wordt door zijn literaire bezigheden. Een nieuwe impuls komt er vanaf 1951 met de zogenaamde “dessins à lacunes” of ‘leemtetekeningen’. In deze pentekeningen domineren horizontale rechte lijnen die op verschillende afstanden van elkaar met de losse hand getrokken worden. Door onderbrekingen in de parallelle lijnen ontstaan er uitgespaarde vormen die zich van de achtergrond lijken los te maken. Ze zullen in honderden variaties verder uitgewerkt worden. Vanaf 1953 verschijnen de eerste collagetekeningen en begint Seuphor kleur toe te passen. Steeds grotere reeksen, gevolgd door assemblages en uiteindelijk toegepaste kunst, met tapijten en keramiek, illustreren de evolutie waarin hij de grenzen van de ruimte verkent. Uiteindelijk vindt Seuphor een synthese tussen zijn literaire en beeldende bezigheden in zijn ‘tableaux-poèmes’ die hij tot aan het einde van zijn leven zal uitwerken.

 

1901

Fernand Louis Berckelaers wordt geboren op 10 maart 1901 in Borgerhout.

1919 - 1921

Seuphor debuteert als Nederlandstalig dichter. Hij sticht twee kleinschalige flamingantische jongerenbladen: De Klauwaert en Roeland. De kunstenaar maakt voor het eerst gebruik van het pseudoniem Seuphor, anagram van Orpheus. Berckelaers/ Seuphor sticht samen met Geert Pynenburg (1896 – 1980) een nieuw tijdschrift: Het Overzicht

1922 - 1923

In december reist Seuphor samen met Jozef Peeters, de nieuwe codirecteur van Het Overzicht, naar Berlijn. Deze buitenlandse reizen resulteren in een snel groeiend internationaal avant-gardenetwerk. Dat weerspiegelt zich in het aantal buitenlandse medewerkers van Het Overzicht (o.a.  Robert Delaunay, Filippo Tomasso Marinetti, Tristan Tzara, Paul Dermée, Luigi Russolo, Wassily Kandinsky, Rudolf Belling, Albert Gleizes, Fernand Léger, Kurt Schwitters, Juan Gris, Pablo Picasso, László Moholy-Nagy, etc.).

1925

Het Overzicht houdt in februari 1925 op te bestaan. Het laatste nummer Cabaret is een bundeling van de nummers 22, 23 en 24 en bevat Mariage filmé, Seuphors dadaïstische verslag van het huwelijk van zijn vriend Paul Joostens. In maart wijkt Seuphor definitief uit naar Parijs.

1926 - 1928

Seuphor maakt zijn eerste abstracte tekeningen.

In 1927 publiceert hij met de schrijver Paul Dermée (1886 – 1951) Documents internationaux de l’esprit nouveau. In dat kader organiseert hij elf literaire avonden in de galerij ‘Au Sacre du Printemps’, met belangrijke sprekers zoals Kurt Schwitters (1887 – 1948) en Filippo Marinetti (1876 – 1944).  Seuphor toont er werk van onder anderen Ida Thal, André Kertész (1894 – 1985), maar ook de schilder-boer Felix De Boeck, J.P. Flouquet en graficus Victor Delhez (1902 – 1985) krijgen er een podium.

Samenwerking met Piet Mondriaan. Samen maken ze een ‘tableau-poème’.

1929

Op vraag van de uitgever Emil Szitya (1886 – 1964) bezoekt Seuphor in de zomer een aantal prominente Vlaamse kunstenaars en schrijft Un renouveau de la peinture en Belgique flamande.

Seuphor experimenteert uitvoerig met de fotografie. Hij maakt ook een vijftiental gouaches die sterke overeenkomsten vertonen met het werk van Piet Mondriaan, waarvan hij de meeste snel vernietigt.

1930

Samen met Joaquín Torres-García sticht Seuphor de constructivistische kunstenaarsgroep ‘Cercle et Carré’. De groepstentoonstelling vindt in april plaats in de Parijse Galerie 23. Onder de 46 deelnemende artiesten bevinden zich onder meer Jean Arp, Kurt Schwitters, Piet Mondriaan, Wassilly Kandinsky, Le Corbusier (1887 – 1965), Joaquín Torres García, Fernand Léger en Georges Vantongerloo. Seuphors bijdrage aan de expo bestaat uit een ‘tableau-poème’. Seuphor verricht ook redactiewerk voor de uitgave van drie tijdschriftpublicaties die onder de titel Cercle et Carré verschijnen.

1931 - 1943

Samen met de Poolse dichter Jan Brzekowski (1903 – 1983) stelt hij de expo ‘Collection Internationale d’Art Nouveau’ op in Łódź (Polen). Seuphor trekt zich nadien enigszins terug uit het tumultueuze artistieke leven. Hij begint opnieuw te tekenen en bundelt zijn nota’s over eigentijdse kunst.

Seuphor trouwt op 19 april 1934 met Suzanne Plasse. Het jonge stel koopt in het Zuid-Franse Anduze (Gard) een vervallen huis dat ze geleidelijk opknappen. 

Seuphor profileert zich uitdrukkelijk als antifascist en anticommunist. Later engageert hij zich in het Belgisch verzet in Frankrijk.

Intussen begint hij te schrijven aan zijn sleutelroman over het kunstleven in Antwerpen en Parijs uit de jaren twintig: Les évasions d’Olivier Trickmansholm.

1946 - 49

Willem Sandberg (1897 – 1984), de directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam, nodigt Seuphor uit mee te werken aan een grote retrospectieve over Piet Mondriaan. Op vraag van Aimé Maeght (1906 – 1981) werkt Seuphor aan L’art abstrait, ses origines, ses premiers maîtres dat in 1949 van de persen rolt. Dit markeert het begin van Seuphors carrière als historiograaf van de abstracte kunst. 

1950 - 1956

In 1950 verblijft Seuphor achtereenvolgens in Nederland en New York om een naslagwerk over Piet Mondriaan voor te bereiden, dat in 1956 zal verschijnen onder titel Piet Mondrian, sa vie, son oeuvre.

Na een ziekteverblijf in een Parijs ziekenhuis maakt hij een grote reeks ‘desolate’ lijntekeningen. Hij maakt zijn eerste ‘dessins à lacunes à traits horizontaux’ of ‘leemtetekeningen’. Seuphor boekt zijn eerste successen in de toegepaste kunst. Hij ontwerpt tapijten voor het Provinciehuis van Arnhem en voor de Belgische regering.

1957 - 1958

Hazan publiceert Seuphors Dictionnaire de la peinture abstraite. Naar aanleiding daarvan organiseert Seuphor in de galerie Creuze de tentoonstelling ‘Cinquante ans de la peinture abstraite’.

Seuphors ‘leemtetekeningen’ bereiken hun hoogtepunt en worden in Wenen en Keulen getoond naast werk van Jean Arp en Sophie Taeuber (1889 – 1943).

1959

La sculpture de ce siècle. Dictionnaire de la sculpture moderne verschijnt in het Zwitserse Neuchâtel. Seuphor maakt zijn eerste ‘ensembles’. In Parijs worden zijn tapijten, tekeningen en collage-tekeningen geëxposeerd bij de galerie Denise René. In 1962 produceert Elisabeth De Saedeleer (1902 – 1972) in Vlaanderen een nieuwe reeks tapijten naar zijn ontwerp.

1963

De Abstracte Schilderkunst in Vlaanderen wordt in de Vlaamse Opera in Antwerpen voorgesteld. Het wordt een standaardwerk over de abstractie in België. Initiatiefnemer is mecenas Maurits Naessens (1908 – 1982), directeur van de Bank van Parijs en de Nederlanden.

1965

De ‘Manufacture de Sèvres’ vervaardigt twee meter hoge vazen naar Seuphors ontwerp en ook de ‘Manufacture nationale des Gobelins’ maakt wandtapijten op basis van zijn tekeningen. Seuphor verwerft  de Franse nationaliteit. Les Éditions du Seuil brengt Le Style et le Cri uit. 

1976

Het Centre Pompidou (Parijs) publiceert in samenwerking met het Belgische Mercatorfonds, een groots opgezette monografie over Seuphor. Deze monografie doet meteen ook dienst als catalogus voor een grote retrospectieve in het Gemeentemuseum Den Haag. 

1996

Seuphors echtgenote, Suzanne Plasse, overlijdt in het Parijse Hôpital Boucicaut.

1997

Het Ludwig Museum in Koblenz organiseert een omvangrijke expo over Seuphors beeldend werk.

1999

Fernand Louis Berckelaers overlijdt op 12 februari in Parijs in het Hôpital Laënnec.

 

Sergio Servellón

 

CC-BY-NC (Creative Commons 4.0)

Oeuf jaune