Amédée Cortier

Geboren 1921
- Dood 1976
Amédée Cortier, collectie Letterenhuis, Antwerpen.
Biography

Van 1936 tot 1942 geniet Amédée Cortier zijn opleiding aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent. Zijn oeuvre bestaat enerzijds uit schilderijen die hij vervaardigt in verschillende media (onder andere acryl, olie, gouache, aquarel, Oost-Indische inkt of bister) op paneel, papier of karton. Anderzijds maakt hij pentekeningen, reliëfs en maquettes. Rond 1950 waagt hij zich, beïnvloed door de tentoonstelling Le Cercle Artistique (Gent, 1949), aan een kortstondig geometrisch abstract experiment, maar beslist daarna om toch terug te grijpen naar zijn figuratieve beeldtaal. Hij schildert aanvankelijk landelijke taferelen (1940), stillevens en vrouwenportretten (1950), en evolueert naar een strakke, vereenvoudigde beeldtaal in schematische composities. André Lothe (1885 – 1962) oefent met zijn Traité de la figure (1950) en Traité du paysage (1939) een belangrijke invloed op hem uit. Rond 1964 begint Cortier resoluut abstract te schilderen en vanaf 1966 - 1967 primeert de kleur op de relaties tussen de vormen. De overstap naar acrylverf is in dezelfde context te begrijpen. Dit medium helpt hem om de intensiteit van zijn kleuren te verhogen. Zijn strenge werken getuigen van een wetmatigheid, maar laten ook ruimte aan de intuïtie. Uiteindelijk gaat Cortier over naar de monochromie, waarbij hij onderling samenhangende ensembles creëert in de vorm van tweeluiken en drieluiken. Met zijn reliëfs (1968) evolueert hij van het traditionele schilderij naar het schilderij als object. Vanaf de jaren ’70 wordt zijn werk volledig gedomineerd door de kleur, opgebouwd rond een strenge compositie en een eenheid tussen kleur en vorm. Met deze werken krijgt hij publieke erkenning. 

Cortier ziet zijn eigen oeuvre bevestigd in het werk van kunstenaar Ellsworth Kelly (1923 – 2015). Onder impuls van Peter Struycken (1939) ontmoet hij Kelly in 1976. Als lid van Het Antenneke groeit zijn fascinatie voor de gulden snede, een belangrijke compositorische wetmatigheid in zijn oeuvre. Ook zijn vriendschap met Yves De Smet (1946 – 2004) is van cruciaal belang voor zijn artistieke carrière. Hij is niet alleen een gelijkgestemde kunstenaarsvriend, maar ook een belangrijke promotor en organisator van tentoonstellingen gewijd aan Cortier, zoals Horizonnen & horizontalen (1976). Cortier wordt lid van de door De Smet opgerichte Gentse Plus-Groep, een collectief van Gentse constructivisten die zoeken naar een eenheid tussen vorm en kleur. Via Plus-Kern - Centrum voor Konstruktieve Vormgeving, in 1969 opgericht door onder anderen De Smet, wordt Cortier actief gepromoot. Dat gebeurt door middel van publicaties, zoals Plus-Nieuws, maar ook door deelname aan internationale tentoonstellingen. In 1973 wordt hij internationaal gerenommeerd met de Sikkensprijs.  

 

4 oktober 1921

Amédée Cortier wordt geboren in Gent.

1940

Studeert aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent.

1955

Hij onderhoudt contacten met de kunstenaarsgroep Het Antenneke

1958

Eerste tentoonstelling in Gentse galerie Vyncke-Van Eyck.

1960

De kunstenaar toont zijn strakke composities uit de jaren 1958 -1960 op een tweede solotentoonstelling in de Gentse galerie Vyncke-Van Eyck.

1962

Wordt geselecteerd voor de Europa-Prijs van de Stad Oostende met Hommage à Gust De Smet (1961), Epuration (1961) en Accent grave (voor april 1962). De drie werken worden door de jury geselecteerd voor de tentoonstelling in het Kursaal van Oostende.

September 1962

Cortier stelt volledig abstracte doeken tentoon in  Galerie Vyncke-Van Eyck.

1964

Stelt tentoon in de galerie Au Cheval de Verre in Brussel. Tijdens dit jaar begint hij overtuigd abstract te schilderen. Rond maart en april worden vier schilderijen van hem opgenomen in de tentoonstelling Kunst van vandaag, waarin naast eigentijdse figuratieve schilderkunst ook lyrisch en geometrisch abstracte werken te zien zijn. Zijn schilderijen hangen er naast die van Gilbert Decock, Jo Delahaut, Jozef Peeters, Luc Peire, Victor Servranckx, Gilbert Swimberghe, Guy Vandenbranden en Dan Van Severen.

Hij exposeert, naast 37 andere deelnemende kunstenaars, op de tentoonstelling Gekonstrueerde abstrakte kunst in de Brusselse Galerie de la Madeleine. Het is een hulde aan de kunstcriticus Jean Séaux.

Zijn keuze voor de geometrische abstractie wordt in het najaar van 1964 bevestigd in zijn tentoonstelling in de Gentse Galerie Oranje.

1965

Hij schildert een aantal composities die als drieluiken kunnen worden gelezen.

1966

Cortier wordt opgenomen in de Plus-Groep, in 1966 opgericht door Yves De Smet, Willy Plompen (1942) en Jan Van den Abbeel (1943). Hij neemt deel aan de tentoonstelling Plus in het Hoger Sint-Lucasinstituut in Gent, samen met De Smet, Plompen, Van den Abbeel, Albert Rubens (1944), Gerard Geerinckx en René Heyvaert (1929 – 1984).

1966 - 1967

Cortier begint met acrylverf te werken om de lichtintensiteit in de kleur te verhogen. In zijn werk ligt een grotere nadruk op de kleur en minder op de relaties tussen de uiteenlopende vormen. 

Stelt tentoon in Galerie Foncke in Gent. 

1968

Neemt deel aan de tentoonstelling Speeltijd in Brugge, de tentoonstelling Groupe Plus. Cortier, De Smet, Plompen, Van den Abbeel in Florence en de tentoonstelling Constructieve kunst België-Luxemburg in galerie Disque Rouge in Brussel.

Begint reliëfs te creëren. 

1969

Neemt deel aan Art construit en Belgique, georganiseerd door de Doornikse kunstkring SIGMA 13 en aan Kleur + Licht. Dit is een internationale tentoonstelling van eigentijdse constructieve kunst in Galerie Waumans in Sint-Niklaas.

Dankzij een vermelding voor de Prijs voor Schilderkunst van de stad Knokke wordt Cortier geselecteerd voor de begeleidende tentoonstelling in het Casino van de stad. 

Wordt bekroond met de bronzen medaille op de Europaprijs voor schilderkunst (Oostende, 1969). Zijn werk wordt getoond in het Kursaal.

Wordt geselecteerd voor Forum van de Grafiek: Forumprijs 69 in Gent.

Er wordt ter ere van hem een solotentoonstelling in het stadhuis van Roeselare georganiseerd door de plaatselijke Vrienden Hedendaagse Kunst. 

Hij neemt deel aan de tentoonstelling Plus-Kern bij Carlos Demeester.

Aan het eind van het jaar krijgt Cortier een solotentoonstelling in Plus-Kern, waarop hij doeken, recente reliëfs en de maquette Kleuromgeving toont. Deze expositie plaatst hem in een professionele avant-gardecontext. Het werk dat er te zien is, kondigt zijn evolutie in de jaren 1970 aan. 

1971

Vervangt olieverf definitief door acryl. 

Krijgt een solotentoonstelling in het Groninger Museum voor Stad en Lande, in samenwerking met Plus-Kern.

Neemt deel aan de groepstentoonstelling Hedendaagse Konstruktieve Kunst in België in ’s-Hertogenbosch en Leiden

Zijn werk wordt opnieuw door de Plus-Kern tentoongesteld. 

1972 - 1973

De tentoonstelling Aquarel en Gouache wordt voor het ministerie voor Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur op verschillende locaties in België opgericht en is in 1972 - 1973 te zien tijdens een rondreis door Brazilië. 

Cortiers werk wordt tentoongesteld door het Centrum voor Kunst en Kultuur in Gent in samenwerking met Plus-Kern en de Provinciale Dienst voor Kunstambachten.

1976

Zijn werk wordt tentoongesteld in Horizonnen & horizontalen door Yves De Smet. 

Amédée Cortier sterft op 11 februari 1976 in Gent.

 

Sergio Servellón

 

CC-BY-NC (Creative Commons 4.0)

Rood-Geel-Blauw
Abstracte compositie rood-geel-blauw
Compositie met twee kleuren geel, grijs en zwart
Compositie met twee tinten grijs en zwart
Compositie met twee kleuren rood en blauw
Vijftien lijntekeningen op wit papier
Abstracte compositie rood-zwart
Abstracte compositie blauw-rood-groen
Abstracte compositie rood-geel-blauw
Monochroom rood
Monochroom rood met twee verticale lijnen
Groen/ zwart

Dan Van Severen

Geboren 1927
- Dood 2009
Dan Van Severen
Biography

Het abstracte oeuvre van Dan Van Severen beschrijft men met termen als geometrische abstractie, formalisme of minimalisme. Kenmerkend is zijn spiritueel, meditatief, neo-sacraal elan. Inhoudelijke complexiteit (een ultieme werkelijkheid, een transcendente waarheid) ontstaat door reductie van de vorm. Van Severen behoudt enkel het essentiële. Hiermee maakt hij een radicaal onderscheid tussen vorm en inhoud. Zijn werken hebben een zekere afstandelijkheid waarmee hij iedere verhouding met de toeschouwer en zichzelf verbreekt. Eenvoudige geometrische vormen (vierkant, rechthoek, ruit, cirkel en ovaal) bepalen zijn composities. De werken staan met hun samenspel van naar elkaar verwijzende lijnen en kleuren, of de verhouding tussen papier, inkt en voor- en achtergrond volledig op zichzelf. De toeschouwer vindt geen aanknooppunt en geen toenadering tot het kunstwerk. De inhoudelijke verwachting wordt niet ingelost en de geprojecteerde verlangens worden afgeblokt. Elk werk refereert naar het voorgaande, wat ervoor zorgt dat het oeuvre een grote samenhang krijgt. Zo is Van Severens latere productie te herkennen aan de sobere kruisvormige composities, die het resultaat zijn van een levenslang onderzoek naar het vierkant en de rechthoek.

Na zijn studies aan het Sint-Lucasinstituut in Gent (1941 – 1948) en de Academie van Antwerpen (1951), creëert hij in 1957 zijn eerste werk vanuit een meer fundamentalistische inslag. In datzelfde jaar neemt hij deel aan de Jonge Belgische Schilderkunst (1956). Het jaar daarop wordt hij medestichter van G58. In 1959 begint hij te doceren aan het HRITO (Brugge). Later doceert hij aan het Sint-Lucasinstituut in Gent. In 1961 neemt Van Severen deel aan de vierde groepstentoonstelling van G58. Het oeuvre evolueert doorheen de jaren ’50 en ‘60 van expressie naar essentie: van lyrische kleurtoetsen over een ingehouden schilderkunst naar een vrijwel kleurloze lijnvoering vanaf 1969. Hij neemt deel aan de Biënnale van Sao Paulo (1967), Documenta IV (Kassel, 1968), de Biënnale van Venetië (1970). In 1974 wordt in het Paleis voor Schone Kunsten (Brussel) voor het eerst een overzichtstentoonstelling aan hem gewijd, de eerste in een reeks van de vele die zullen volgen in Gent, Eindhoven, Amsterdam, Antwerpen, Oostende. Zijn temperawerken worden in 1978 voor het eerst tentoongesteld in Galerij Dobbelhoef in Kessel en in 1980 wordt een overzichtstentoonstelling van zijn grafisch werk op til gezet in Galerij S65 in Aalst. De eerste Luikse contacten ontstaan, wat later zal uitmonden in een tweevoudige architecturale samenwerking met architect Bruno Albert (1941). In het begin van de jaren ’80 creëert Van Severen de reeks Alfabet waarin hij vijf tekeningen (kruis, ruit, cirkel, diagonalen) synthetiseert in een verzameltekening. In 1981 komt de reeks Kruisweg tot stand, waarbij hij doorheen verschillende tekeningen stelselmatig een rechte lijn toevoegt aan het kruis van de eerste tekening. In 1984 herhaalt hij dit compositorisch procedé in metaal. De kunstenaar wordt gehuldigd met de Driejaarlijkse Cultuurprijs voor Beeldende Kunst van Gent (1984). Een nieuwe Alfabet-reeks komt tot stand in 1995 (inkt op doek op paneel). 

 

1927

Dan Van Severen wordt geboren in Lokeren. 

1941 - 1948

Studeert aan het Hoger Sint-Lucasinstituut Gent bij o.a. Gerard Hermans.

Hij maakt kennis met het werk van Paul Cézanne (1839 – 1906), Angelico (fra) (1387 – 1455), Piero della Francesca (1410/1420 – 1492) en de Vlaamse expressionist Albert Servaes (1883 – 1966). Van Severen raakt bevriend met Luc Claus met wie hij later verschillende keren zal tentoonstellen. 

1951 

Begin verblijf in Antwerpen (tot 1959). Na een voorbereidend jaar onder Antoon Marstboom (1905 – 1960) studeert hij onder Julien Creytens (1897 – 1972) aan de Academie van Antwerpen (tot 1954).

1955

Start artistieke loopbaan en neemt voor het eerst deel aan een groepstentoonstelling in Antwerpen met studiegenoten Ad Molendijk (1929), Wybrand Ganzevoort (1930). 

1957

Van Severen neemt op aanraden van Marc Callewaert en Antoon Marstboom deel aan ‘Jonge Belgische Schilderkunst.’

Frequente contacten met de dichters Hugues C. Pernath (1931 – 1975), Paul Snoek (1933 – 1981) en Ivo Michiels (1923 – 2012).

1958

Stichtend lid van G58-Hessenhuis. 

1959

Verhuist naar Brugge, waar hij tot 1971 blijft wonen. Wordt docent aan het Hoger Rijksinstituut voor Technisch Onderwijs (HRITO).

Komt in contact met groep Raaklijn.

1961

De kunstenaar neemt deel aan de vierde groepstentoonstelling van G58.

1964

Regelmatige contacten met Roger Raveel (1921 – 2013), Hugo Claus (1929 – 2008), Hugues C. Pernath. 

1966

Het Museum voor Schone Kunsten in Gent koopt twee tekeningen van de kunstenaar. 

1967

Neemt deel aan de Biënnale van Sao Paulo met Vic Gentils, Félix Roulin (1931), Serge Vandercam, Jef Verheyen.

Een nummer van het tijdschrift Het 5de Wiel wordt gewijd aan Van Severen. 

1968

Deelname aan Documenta IV in Kassel.

1969 

Maakt zijn laatste olieverfschilderij Blauwe compositie dat opgenomen wordt in de collectie van het SMAK in Gent. 

1970

Deelname aan de 35e Biënnale van Venetië, samen met Bram Bogaert, Georges Collignon, Jean-Paul Laenen, Walter Leblanc, Jef Verheyen

1971

Dan Van Severen verhuist naar Gent en wordt docent schilderkunst aan het Hoger Sint-Lucasinstituut. 

1972

Is op de Documenta van Kassel erg geboeid door het werk van Brice Marden (1938), Robert Ryman (1930), Richard Serra (1939). 

1974

De eerste overzichtstentoonstelling wordt georganiseerd in het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel.

1975

De kunstenaar maakt voor het eerst een schilderij met tempera op doek. 

1976

De eerste tekeningen op Indisch papier ontstaan. 

Het thema van het ‘rooster’ treedt meer en meer op de voorgrond en culmineert in De kruisweg in 1981.

1978

Eerste tentoonstelling van werken op temperadoek in Galerij Dobbelhoef, Kessel. 

Overzicht van het grafisch werk in Galerij S65 (Aalst) naar aanleiding van de uitgave van de map met gedichten van Hugo Claus: Antiphon, bij 4 etsen van Dan Van Severen. 

1980

Bij de tentoonstelling Dan Van Severen. Recente werken, schilderijen – tekeningen – etsen – werktekeningen. 1955-79 in de Richard Foncke Gallery in Gent worden de eerste contacten gelegd met de Luikse vriendenkring. 

1981

Van Severen verwijst regelmatig naar de Kruisweg van Henri Matisse (1869 – 1954) en die van Barnett Newman (1958). Bij de tentoonstelling in de Richard Foncke Gallery toont hij de Kruisweg. Het gaat om een reeks van 14 tekeningen (Chinese inkt op Indisch papier) en een ets, die in 1985 gevolgd wordt door een ijzeren sculptuur. 

Met Alfabet, een reeks van 6 tekeningen op Indisch papier, worden de verschillende motieven aangegeven. Hetzelfde thema komt in de volgende jaren herhaaldelijk terug. 

1982

Retrospectieve tentoonstellingen in Gent, Eindhoven en Amsterdam. Publicatie van Dan Van Severen door Leo Van Damme (Foncke Editions). 

1984

Ontvangt de Driejaarlijkse Cultuurprijs voor Beeldende Kunst van de stad Gent. 

1985

Tentoonstelling van de metalen Kruisweg en voorstelling van de uitgave Dan Van Severen. Etsen in de Richard Foncke Gallery.

Van april 1985 tot juni 1986 verblijft hij in Luik (Liège, Outremeuse), waar hij samenwerkt met architect Bruno Albert en ingenieur René Greisch (1929 – 2000) voor uitgeverij Mardaga. 

Het is de eerste keer dat Van Severen een opdracht aanvaardt voor de integratie van een werk in een gebouw. Hij wordt van bij het begin betrokken bij het ontwerpproces, wat voor hem essentieel is om tot een geslaagd resultaat te komen. De samenwerking met Albert wordt voortgezet tijdens andere projecten. 

Neemt deel aan Investigations in Luik, waar hij een sculptuur en een tekening in situ realiseert. 

1986

Keert terug naar Gent.

1989

Eerste solotentoonstelling in Japan in galerie Shimada Yamahushi.

Voorstelling van twee privécollecties met werk van Van Severen in Atelier 340 in Brussel en Een kollektie in Galerij XXI in Antwerpen.

1992

Overzichtstentoonstelling in Museum Dhondt-Dhaenens (Deurle) naar aanleiding van zijn 65e verjaardag.

De tentoonstelling in Galerij S65 bevat onder meer vijf werken op doek waarin hij het motief van het alfabet weer opneemt.

1993

Eerste voorstelling van de dubbele tekeningen in Galerie Conrads in Düsseldorf. Zij verwijzen naar de tekeningen in het Boek waaraan hij in 1986 was begonnen. 

1995

Het beschikbare oeuvre van Van Severen wordt aangekocht door het Groeningemuseum van Brugge. Zijn werk (schilderijen en grafisch ensemble) krijgt een permanente opstelling in het museum. 

1997 

Start van de tweede samenwerking met architect Bruno Albert voor het project Codic, Place Saint-Lambert (Luik). De Place Saint-Lambert wordt heraangelegd. Van Severen zorgt voor de aflijning van de terrassen. 

Hij ontwerpt het logo voor de nieuwe reeks Haute Pierre van Les Editions La Pierre d’Alun (Brussel). 

1998

Retrospectieve tentoonstelling in het Provinciaal Museum voor Moderne Kunst van Oostende. Het accent ligt op de werken op doek na 1970 uit particuliere collecties. Voor de eerste keer worden een groot aantal paneeltjes getoond die vaak de aanloop tot of varianten van werken op groter formaat vormen, en die voordien nauwelijks of niet geëxposeerd zijn.

De verzameltekening van het Alfabet wordt vanaf maart 1998 gebruikt als kaft voor het tijdschrift van de Orde der Geneesheren. 

2000

Openingstentoonstelling van de nieuwe Richard Foncke Gallery. 

Naar aanleiding van Interieur Kortrijk wordt een tentoonstelling georganiseerd in de zetel van de BBL Kortrijk met Van Severens werk en dat van zijn zonen Maarten (1956 – 2005) en Fabiaan (1957).

2000 - 2009

Op het einde van zijn leven evolueert de kunstenaar naar de figuratie. Dan Van Severen overlijdt op 12 februari 2009 in Gent.

 

Sergio Servellón

 

CC-BY-NC (Creative Commons 4.0)

Kruisweg
Triptiek
Zonder titel (triptiek)
Compositie nr. 2
Compositie met twee vierkanten
Zonder titel
Kruisweg
Kruisweg
Zonder titel (triptiek)
Zonder titel: triptiek

Luc Peire

Geboren 1916
- Dood 1994
Luc Peire
Biography

Geen biografie voorhanden

Manolete
Zaragoza 1962
Vertigo
Ramsès
Rouen
Voorjaarslicht
Pigalle
Brasilea
Composition-espace
Gandolfiero
Rapsodie
De laatste dag
Man en vrouw
Stilleven