Het oeuvre van Van Severen is een uitzonderlijk voorbeeld van standvastigheid. Gedurende zijn hele carrière als kunstenaar houdt hij vast aan dezelfde uitgangspunten. In zijn werk, dat moeilijk te situeren is in de kunstgeschiedenis door het erg persoonlijk karakter ervan, gaat de kunstenaar op zoek naar een harmonie, evenwicht dat verloren gegaan is in de moderne maatschappij. Dat doet Van Severen aan de hand van abstracte schilderijen, tekeningen, et cetera die doorheen zijn oeuvre alsmaar soberder worden. Niet enkel de inhoud van het werk wordt gereduceerd tot de essentiële vormen (kruis, ruit, cirkel, vierkant); de kunstenaar voert ook een monumentale versobering inzake het materiaalgebruik door. In 1969 kiest Van Severen ervoor het schilderen in olieverf op te geven; het is te dik en vooral te materieel voor hem geworden. Vanaf dat moment gebruikt de kunstenaar caseïnetempera, Chinese en Oost-Indische inkt, wat hem toelaat veel immateriëler te werken. Daarnaast is het kleurenpalet doorheen Van Severens oeuvre ook ongeveer hetzelfde gebleven: neutrale, monochrome kleuren domineren het beeld. Van een fel kleurgebruik is er geen sprake.
In vergelijking met latere werken van Van Severen, bijvoorbeeld de twee schilderijen Zonder titel van 1972/73, is het kleurenpalet van Compositie (1960/63) opvallender en minder monochroom. Qua vormgeving sluit dit eerder vroege werk van de kunstenaar wel reeds aan bij het overgrote deel van zijn oeuvre: het kruis, waarrond een lichtblauwe ruit geschilderd is, en de cirkelvorm staan centraal in de compositie.
Compositie
Kunstenaar
Datering
1960 – 1963
Collectie
Inventarisnummer
BK006858/P004
Materiaal
olieverf en tempera op doek
Afmetingen
116 cm x 148 cm x 2 cm
Categorie
CC BY (Creative Commons 4.0)